Deze week kwam er groot nieuws uit Parijs over V2G (Vehicle to Grid-technologie), want Renault Group sluit zich officieel aan bij Task 53 (INBID) onder het Internationaal Energieagentschap (IEA) en het Electric Vehicles Technology Collaboration Programme, waarmee de wereldwijde samenwerking op het gebied van bidirectionele laadtechnologieën wordt versterkt. De Renault Group is al lange tijd een pionier op het gebied van bidirectioneel laden in Europa. Inmiddels heeft de Franse fabrikant praktijkgerichte V2G-implementaties in Frankrijk en Nederland lopen. Zo leveren de Renault 5 E-Tech electric deelauto's van MyWheels al stroom terug aan het Utrechtse energienet en start rond deze tijd een vergelijkbaar V2G-project met de R5's in Eindhoven. Ook hier werken Renault, We Drive Solar en MyWheels weer samen.
Renault start binnenkort ook V2G-pilots in andere landen en wil laten zien dat voertuigen meer voor de maatschappij kunnen betekenen dan alleen van A naar B rijden. Elektrische Renault-modellen kunnen het elektriciteitsnet ondersteunen, de integratie van hernieuwbare energie mogelijk maken en zelfs geld verdienen voor hun eigenaren. Vanwege de overvolle energienetten is terugleveren van stroom op piekmomenten een actueel onderwerp in de Nederlandse grote steden. Vooral op pieken zonder zon en wind zit het stroomnet overvol, dreigen er wachtlijsten voor bedrijven en zelfs voor huishoudens te ontstaan. Deze week kondigde netbeheerder Stedin nog aan Utrechtse laadpalen in de 'energiespits' te gaan knijpen om zo capaciteit op het overvolle net vrij te houden. Een noodgreep die de EV-rijder de regie over zijn eigen oplaadschema ontneemt en mogelijk ook tot andere laadongemakken voor de elektrische rijder leidt.
Laden als de zon schijnt
V2G-technologie is dan een betere oplossing voor het capaciteitsprobleem op het net. Het project van de Utrechtse Renault deelauto's laat al langer zien dat EV's als rijdende batterij het drukke energienetwerk op slimme wijze kunnen supporten. De MyWheels Renault 5 E-Tech electric's laden op als er veel energie beschikbaar is, doorgaans onder werktijd bij zonnige condities, maar geven juist stroom aan het net terug als de auto's niet gebruikt worden op momenten dat consumenten net thuiskomen van werk, alle huishoudelijke apparaten aangezet worden en verlichting geactiveerd wordt. Op die tijden van de dag dreigt er stroomtekort en ligt instabiliteit van het stroomnetwerk op de loer.
1.300 kWh per auto teruggeleverd
De resultaten van de Utrechtse V2G-case zijn veelbelovend. In de eerste vijf maanden dat de 50 bidirectionele Renault 5 E-Tech electric's van MyWheels de Utrechtse straten sieren, hebben de deelauto's op meerdere avonden 300 kW aan congestiereductie gerealiseerd. In totaal is er sinds de start van het bidirectioneel laden meer dan 65.000 kWh aan stroom teruggeleverd, dat is gemiddeld 1.300 kWh per auto. Deze maand wordt het aantal terugleverende Renaults naar 170 exemplaren uitgebreid, waardoor het mede door het steeds verder optimaliseren van het proces, deze winter mogelijk zou moeten zijn om 1 MW aan congestiereductie te behalen. Stroom en ruimte op het net die in de komende wintermaanden zeer welkom zijn.
Utrechtse ervaring
Het zijn dit soort voorbeelden die de aansluiting van Renault bij Task 53 interessant maken. In april 2022 werd de ISO 15118-20:2022 "Wegvoertuigen - Voertuig-naar-net communicatie-interfacestandaard" aangenomen om bidirectioneel laden voor elektrische voertuigen mogelijk te maken. Daarmee komt V2G niet automatisch van de grond, want er zijn verdere specificaties nodig voor de verschillende gebieden, zoals de eisen voor "gedistribueerde energiebronnen" (DER) en conformiteitstests. Het issue is dat niet alleen elke autofabrikant, maar ook ontwikkelaars van laadstations eigen oplossingen hanteren, hetgeen zorgt voor een gebrek aan operabiliteit. Auto, netwerk, laadpaal en alle onderdelen van het ecosysteem moeten op dezelfde wijze met elkaar 'praten' en dat is nu nog niet het geval. Hierdoor raken laadstations en voertuigen van verschillende fabrikanten niet compatibel en werkt het principe van V2G (nog) niet. De Utrechtse pilot met MyWheels en We Drive Solar laat zien dat V2G in de praktijk werkt en bij deze casus heeft Renault al veel kennis opgedaan. Deze knowhow kan het bedrijf als officieel partner van Task 53 nu gebruiken om V2G schaalbaar te maken.
Wereldwijd regiospecifieke oplossingen nodig
Regiospecifieke aanpassingen vereisen eveneens dat fabrikanten wereldwijd unieke oplossingen ontwikkelen voor de verschillende delen van de wereld. Dat vraagt van fabrikanten flexibiliteit en de wil om protocollen te standaardiseren. De grootste uitdaging voor V2G is momenteel het niet-interoperabele protocol en de niet-gestandaardiseerde netcodes. Dit gebrek aan standaardisatie staat het op grote schaal implementeren van V2G nog in de weg. Ervaringen uit pilots kunnen echter wel gebruikt worden om tot internationale oplossingen te komen.
Niet conform betekent gebrek aan schaalgrootte
Zonder de conformiteit die binnen Task 53 kan worden afgestemd blijft het lastig om schaalvoordelen, echte marktconcurrentie en prijsverlagingen voor bidirectionele laadstations te realiseren, waardoor de brede acceptatie van V2X-technologieën bij de consument wordt vertraagd. Aan de andere kant wordt de consument door overbezette stroomnetwerken nu geconfronteerd met 'geknepen' laadpalen. Minder stroom op drukke tijden waarover de consument zelf geen regie heeft en wat elektrisch rijden an sich er niet aantrekkelijker op maakt. Dat moet daarom anders.
Nieuwe standaard
De echte doorbraak kan alleen worden bereikt als oplossingen voor zowel AC- als DC-bidirectionaliteit, inclusief de relevante aspecten van de netcode, niet alleen wereldwijd worden ontwikkeld, maar ook op hetzelfde niveau worden gestandaardiseerd. Voordat er mondiale standaardisatie kan plaatsvinden dient eerst een gezamenlijke 'oplossing' als uitgangspunt te worden gekozen en daarvoor zijn V2G cases zoals in Utrecht van grote waarde. Als partner van Task 53 kan de Renault Group nu voortaan haar praktische ervaringen uit deze projecten inbrengen en daarmee bijdragen aan de internationale schaalbaarheid van V2G. Deelname door grote autofabrikanten zoals Renault is voor het Task-53-samenwerkingsverband van cruciaal belang. Hiermee kan de adoptie van multiparty interoperable vehicle to grid (V2G) aanzienlijk versneld worden en het volledige potentieel van EV-flexibiliteit ontsloten worden. V2G als nieuwe standaard die de auto onderdeel van het elektriciteitsnet maakt en elektrisch rijden voor de automobilist voorziet van een extra dimensie.
Tekst: Jos van den Bergh
Beeld: Renault Nederland N.V. / VER